Spek Cherry
The Spekkers cherry, or Spek Cherrie, also called Bigarreau Napoleon or Spanish Cherry, is a rather small cherry that comes in a wide variety of colors, from whitish, to yellow to bright orange, purple and red. Has become very rare. It is firm and slightly bitter, but also sweet and slightly tangy. It is well suited for processing, especially as a topping for bacon pancakes (hence its name, since spek means bacon).
This cherry is one of the tall-stem cherries variety. In general in the Netherlands the number of cherry orchards with tall-stem trees is steadily declining. The fruit from tall trees is more susceptible to weather conditions and loss to birds, as well as being more difficult and expensive to harvest. Because of this, cherry growers are choosing increasingly for dwarfing half standard varieties.
Several of these tall-stem cherries have been grown for centuries on the banks of the Kromme Rijn or “Crooked Rhine” river. Other varieties were more popular in other regions such as the Betuwe, Brabant and Groningen. In some cases, they may originate from other regions and countries but have taken on specific characteristics because of the quality of the local soil (terroir).
With the decreasing number of orchards, the traditional cherry harvest season intertwined with the local culture is also lost. Cherry season used to mean scaring away thieving starlings by rattling tin cans (called “heuen”) and entire villages gathering together to pick the cherries from tall ladders, often with the help of transient pickers who travelled the region from orchard to orchard.
Een aantal wordt al sinds eeuwen geteeld op de stroomruggen van de Kromme Rijn. Andere komen meer voor in andere regio’s als de Betuwe, Brabant en Groningen. Soms zijn ze oorspronkelijk afkomstig uit andere streken of landen, maar hebben ze door de specifieke kwaliteiten van de grond (terroir), zelf ook specifieke lokale kwaliteiten gekregen.
Het gaat om de volgende tien rassen (in volgorde van oogsttijd):
Vroege Duitse of Vroege van Spithoven (middelgroot, donkerrood, vlezig, zoet)
Maaikers of Meikers (klein, donkerrood, zacht, rond, fris van smaak)
Variks Zwart (klein, zeer donker, zacht, zoet)
Mierlo's Zwart (klein, donker, zacht, zoet)
Westerleesche Kriek (middelgroot, helderrood, stevig, rins tot zuur)
Wijnkers (middelgroot, donker, glanzend, sappig, zoet)
Hedelfinger (groot, helderrood, stevig, zoetzuur)
Spekkers (klein, in veel kleuren van geel tot donker oranje, stevig, rins)
Inspecteur Löhnis (klein tot middelgroot, donker, langwerpig, stevig, zoet)
Morel (klein tot middelgroot, helderrood, steig, zuur)
Er zijn steeds minder kersenboomgaarden met hoogstamfruit. Hoogstamfruit is kwetsbaarder voor weersinvloeden en vraat door vogels en de pluk is moeilijk en kostbaar. Kersentelers gaan daarom steeds meer over op laagstamfruit, dat onder plastic geteeld kan worden, bespoten kan worden en makkelijker te plukken is. Met het verdwijnen van de boomgaarden met hoogstamkersen gaan onbespoten kersen met een meer intense smaak verloren, wordt landschappelijke schoonheid vervangen door homogene plastic kassen en verdwijnt een teeltmethode die met veel lokale cultuur omgeven was (gemengd bedrijf; het “heuen” = het verjagen van de spreeuwen met rammelende blikken; de seizoenspluk op lange ladders waar het hele dorp bij betrokken was en waar reizende plukkers voor langskwamen).
In de tuin van het Rijksmuseum in Amsterdam kunt u de Nationale Kersenreeks zien, die bestaat uit het merendeel van bovengenoemde rassen. Zij laat zien van links naar rechts hoe acht rassen van vroeg tot laat elkaar opvolgen in bloei en vervolgens van vroeg tot laat rijpen. Heel wat anders dan de altijd even rode Griekse kersen in de supermarkt.
Spekkers
Ook wel genaamd Bigarreau Napoleon of Spaansche kers.
Bonte kers: wit-gelig met een rode blos. Hard en ietwat wrang. Je moet ervan houden. Meer geschikt voor verwerking, vooral op spekpannenkoeken.